Jakobus  /  Pandora² + Ultreya


Music on the Road of Saint James | Muziek op de Weg naar Santiago | Música en el Camino de Santiago









medieval.org
pandora-2.be
Studio Ultreya   2009/1
2009

[66:27]











1. Marcha de procesión   [2:08]   Cathedral of Santiago de Compostela

2. Wer das Elend Bauen will   [3:26]   Anonymous, Germany, 15th century

3. Sint Jakobsliedeken   [10:23]   Een Schoon Liedekensboek, Antwerp 1544

4. Folías Gallegas   [2:06]   Santiago de MURCIA, Códice Saldívar, ca. 1730

5. Dum Pater Familias   [6:21]  Codex Calixtinus, 12th century   cc  117

6. Congaudeant Catholici   [5:16]   Codex Calixtinus, 12th century   cc  96

7. Men may leve all gamys   [8:55]   15th century England

8. Pelegrinuac   [7:01]   Trad., Basque Country

9. La Peregrina   [4:32]   Trad., La Maragatería

10. Sankta Jakup   [5:49]   Trad., Far Öer

11. Je vendis ma Calebasse   [3:26]   Les Chansons des Pélerins de S. Jacques de Compostelle, Troyes 1718

12. Folias Gallegas   [5:02]   Santiago de MURCIA, Códice Saldívar, ca. 1730












Pandora² + Ultreya
Jan Dhondt – Erik Boone – Ludwig Van Gijsegem – Bart Roose – Martina Diessner – Peter Van Wonterghem – Marcel Ketels


The various musicians of Pandora² and Ultreya have been working together intensively for quite some time.
Pandora² starts from music historical practice while Ultreya adds elements from traditional music.
A successful combination as is shown in this production of "Jakobus" as well as in their highly successful "Cantigas de Santa Maria".


Recording: Sint-Martinus church at Sint-Martens-Lierde in August 2009
Production: Pandora² and Ultreya
Artistic supervision: M. Ketels and B. Roose
Recording, editing, mastering: Studio Ultreya, P. Van Wonterghem
Artwork: V. De Herdt and Ultreya
Photos : P. Dehuit and Ultreya
Translation: E. Boone, J. Coens, M. Ketels, M. Diessner, G. Beaury, P. De Craemer
Text : J. Dhondt, P. Van Wonterg hem

Contact: Ultreya: duo-ultreya@telenet.be
Pandora²: info@Pandora2.be


Instruments:
H. Dewit: shawm
R.Frood: hammered dulcimer
M. Hoffmann: dudey
H. Kassis: kanun
G.Körber: soprano, alto, tenor, bass and great bass crumhorn, rauschpfeife
T. Lamson: nyckelharpa
P. Malfeyt: gemshorn
MA. Pion: 8 course lute
J. Reboredo: shawm
K. Scheele: basrecorder
D. Ohannesian: tenorrecorder
R. Tutz: flute
K. Vandecasteele: medieval drums
P. Van der Linden: recorder in e
P.Van Wonterghem : hurdy-gurdy, organistrum, 5 course lute, bowed psaltery, baroque and romantic guitar
R&R Westenbere: cornamusa, tenorrecorder, garklein
P. Williamson: tabor

gaita, Renaissance flute bass, dulcian, fiddle, viola, sackbut






Pelgrims verplaatsten zich vroeger in groep. En in de groep werd en wordt vaak spontaan gezongen.
Pandora2 en Ultreya maakten een selectie uit het ruime aanbod en creëerden op die wijze een overzicht van tien eeuwen volksdevotie met Sint Jakob als spilfiguur.
De onderwerpen van de liederen zijn even divers als de nationaliteiten die ze brachten. Vaak zijn ze ondeugend, dan weer strijdvaardig, klagend of plechtig religieus.
Het gebruikte instrumentarium is ongemeen divers en historisch verantwoord. De uitvoerders streefden vooral authenticiteit na.

Met:
Erik Boone, vedel, saqueboutte, koehoorn, kromhoorn & viola da braccio
Jan Dhondt, verteller & zang
Martina Diessner, zang, draailier, sleutelviool, vedel, organistrum, kromhoorn, blokfluit & psalter
Marcel Ketels, blokfluiten, traverso's, koehoorn, cornamusa, kromhoorn & zang
Bart Roose, luiten, gitaren, vihuela, percussie & zang
Ludwig Van Gijsegem, zang & kromhoorn
Peter Van Wonterghem, doedelzakken, hakkebord, kanun, psalter, schalmei & zang


CD bespreking :
Laten we met de deur in huis vallen: dit is een prachtige cd. Voor wie de Jacobsweg heeft meegemaakt is er natuurlijk nog een dimensie meer: ergens herkent men zich in deze oude muziek die treffend het wel en wee van de pelgrim onderweg weergeeft...
Mijn diep respect gaat naar de samensteller van het programma: het zit vol verrassende vondsten, gesprokkeld in alle hoeken van het oude Europa. De instrumentatie is schitterend en de uitvoering houdt mooi het midden tussen technische perfectie en spontane losheid.
Lees de volledige bespreking door Jan Van Mol op www.compostelagenootschap.be

http://www.pandora-2.be/jacobus.htm











JAKOBUS

Apart from being a 'pars pro toto' for the pilgrimage to Santiago de Compostella, the Camino is an intercultural rendezvous for all European nationalities. All ways lead to ... Galicia the most north-westerly point of Spain.

Since the originating of the popular devotion in the 10th Century AD for Saint James, son of Zebedee, this martyr became help and stay for all those who sought forgiveness. Because of the many dangers along the road and the extreme nature of the journey the pilgrims usually travelled in group. Along the way stopping places came into existence where experiences were exchanged and where tired travelers found comfort for body and soul. When people come together or move in group singing arises and it was not different in those days. Thanks to the Codex Calixtinus (1140) and the repertoire of traditional music many songs have been saved.

Pandora² and Ultreya made a selection from the ample supply and thus composed an overview of 10 centuries of veneration of Saint Jacob. The subjects of the songs are as different as the nationalities who sang them. Often they are naughty, then again militant, plaintive and as the sight of the cathedral neared, ceremoniously religious. The instrumentarium is uncommonly diverse, and historically justified. The performers' first aim was authenticity. The whole project wants to evoke the searching for oneself, a quest which hundreds of thousands before us have undertaken full of devotion.



Behalve een pars pro toto voor de bedevaart naar Santiago de Compostella, is de Camino een intercultureel rendez-vous voor alle Europese nationaliteiten. Alle wegen leiden naar... Galicië, het uiterste noordwesten van Spanje.

Sinds het ontstaan, in de 10° E, van de volksdevotie voor de Heilige apostel Jacobus de Meerdere, werd deze martelaar de toeverlaat voor wie op zoek ging naar zichzelf of vergiffenis zocht voor zijn zonden. Vanwege de vele gevaren onderweg en het extreme karakter van de tocht, verplaatsten de bedevaarders zich doorgaans in groep. Langsheen de weg ontstonden pleisterplaatsen waar ervaringen werden gedeeld en vermoeide reizigers lafenis vonden voor lichaam en geest. Waar mensen samenkomen of wanneer ze zich in groep verplaatsen, wordt vaak spontaan gezongen en dat was toen niet anders. Dankzij de Codex Calixtinus (1140) en het repertoire van de volksmuziek zijn heel wat liederen bewaard gebleven.

Pandora² en Ultreya maakten een selectie uit het ruime aanbod en creëerden op die wijze een overzicht van 10 eeuwen volksdevotie met Sint Jacob als spilfiguur. De onderwerpen van de liederen zijn even divers als de nationaliteiten die ze brachten. Vaak zijn ze ondeugend, dan weer strijdvaardig, klagend en, hoe meer de kathedraal in zicht kwam, plechtig religieus. Het gebruikte instrumentarium is ongemeen divers en historisch verantwoord. De uitvoerders streefden vooral authenticiteit na. Het geheel wil dan ook een evocatie zijn van een confronterende tocht, die honderdduizenden vóór ons vol overgave ondernamen.



El Camino no es solo un "pars pro toto" para el peregrinaje hacia Santiago de Compostela, sino también una cita intercultural para todas las nacionalidades europeas. Todos los caminos conducen a ... Galicia, el extremo noroeste de España.

Desde los orígenes de la devoción popular en el siglo diez, el Santo Apóstol Jacobo el Mayor se convirtió en un refugio para todos aquellos que buscaban absolución. A causa de los muchos peligros que se podían producir en el camino y las condiciones extremas del viaje, los peregrinos solían desplazarse en grupo. A lo largo del camino se formaban paradas donde se intercambiaban experiencias y donde los viajeros cansados encontraban alivio para el cuerpo y la mente. Siempre que hay gente que se junta o se desplaza en grupo hay canto y en aquellos tiempos no fue de otra manera. Gracias al Codex Calixtinus (1140) y el repertorio de la música popular, gran parte de las canciones se han conservado.

De esa amplia oferta Pandora² y Ultreya han hecho una selección que resumiera diez siglos de devoción popular en torno a Santiago. Los temas de las canciones son igual de diversos que las nacionalidades de la gente que las cantaba: temas pícaros, aguerridos o lastimeros, y cuanto más cerca de la catedral, solemnemente religiosos.
Para la elaboración de esta obra se ha hecho uso de una gran variedad de instrumentos musicales, históricamente correctos.
El objetivo ha sido la autenticidad. El conjunto quiere ser una expresión de aquel viaje en busca de uno mismo, el cual ha sido emprendido con devoción por cientos de miles de personas a lo largo de la historia.














1. Marcha de processión   (Santiago cathedral)
This melody resounds since time immemorial in the cathedral of Santiago de Compostela; it is also called "Chirimias".
Deze melodie klinkt al sinds mensenheugenis in de kathedraal van Santiago de Compostela, en wordt ook "Chirimias" genoemd.
Esta melodía, también llamada "Chirimias" suena desde siempre en la catedral de Santiago de Compostela.

2. Wer das Elend Bauen will   (Anonymus, Germany 15th century)
Those who want to pilgrimage to Santiago find how to equip and behave themselves in this German song.
Wie naar Santiago wil pelgrimeren, vindt in dit Duitse lied hoe hij zich moet uitrusten en gedragen.
Quien quiera ir de peregrinaje a Santiago, encuentra en esta canción alemana cómo equiparse y portarse.

3. Sint-Jakobsliedeken   ( T.: Een Schoon Liedekensboek, Antwerp 1544, M.: 'Al van den drogen haring' Trad. Flanders)
This well known miracle song takes place in Santo Domingo de la Calzada. A pilgrim is hanged under false accusations. The father who continues his pilgrimage, finds his son alive on the gallows, as alive as the cock and the chicken on the spit in the judge's kitchen who corrects his mistake. The real culprits are punished.
Dit bekende mirakellied speelt zich af in Santo Domingo de la Calzada. Een pelgrim wordt onder valse beschuldiging opgeknoopt aan de galg. De vader, die zijn pelgrimage verder zet, vindt op zijn terugweg zijn zoon levend aan de galg. Levend, zoals de haan en kip aan het spit in de keuken van de rechter, die zijn fout herstelt. De echte schuldigen worden gestraft.
Esta famosa canción de milagros relata una historia que tuvo lugar en Santo Domingo de la Calzada. Un peregrino falsamente acusado es ahorcado. El padre continua su peregrinaje y de vuelta encuentra a su hijo vivo a la horca, igual de vivo como el gallo y la gallina asados en la cocina del juez que corrige su error. Los verdaderos culpables son castigados.

4. Folías Gallegas   (Santiago de Murcia, Códice Saldívar, ca. 1730)
The Galician Folía melodies have a festive nature and were sung during pilgrimages to local places of pilgrimage and during festivities in the country. They were performed by choirs of boys or girls accompanying themselves on typical instruments of the region like gaita, tamboril, binco and cunchas. It was usual to play a second part to the main melody a third higher.
De Galicische Folíamelodieën zijn feestelijk van aard en werden gezongen tijdens pelgrimstochten naar plaatselijke bedevaartsoorden en bij feestelijkheden op het platteland. Ze werden vertolkt door koren van jongens of meisjes die zichzelf begeleidden op typische instrumenten uit de streek zoals de gaita, tamboril, binco en cunchas. Het was gebruikelijk om de hoofdmelodie van de folías te vergezellen van een 2e stem een terts hoger.
Las Folías Gallegas son melodías festivas y se cantaban en las romerías y en las fiestas que se celebraban en el campo. Las interpretaban coros de niños y niñas acompañados de instrumentos característicos de la región: la gaita, el tamboril, el binco y las cunchas. Era común acompañar la melodía principal de las folías de una segunda voz que era una tercera más alta.

5. Dum pater familias   (Codex Calixtinus, 12th century)
The Latin hymn 'Dum Pater Familias' is an addition to the musical part of the Codex Calixtinus. In each stanza the name of the apostle is cited in another Latin grammatical case: Jacobus, Jacobi, Jacobo ... After the second stanza there is a break in the text; other languages are used. The words 'Grot' and 'Heffu' are of Germanic origin.
De Latijnse hymne "Dum Pater Familias" is een toevoegsel aan het muzikale deel van de Codex Calixtinus. In iedere strofe wordt de naam van de apostel in een andere Latijnse naamval geciteerd, Jacobus, Jacobi, Jacobo, ... Na de 2de strofe komt een tekstbreuk waar ook andere talen worden gebruikt. De woorden Grot en Herru zijn van Germaanse oorsprong.
El himno latino "Dum Pater Familias es una añadidura a la parte musical del Codex Calixtinus. En cada estrofa el nombre del apóstol se cita en latín de un caso diferente: Jacobus, Jacobi, Jacobo, ... Después de la segunda estrofa hay un cambio en el texto y se usan también otros idiomas. Las palabras Grot y Herru son de origen germánico.

6. Congaudeant Catholici   (Codex Calixtinus, 12th Century)
The first book of the Codex Calixtinus (12th century) contains prayers, sermons and music for the liturgy on the Fiesta patronal of Saint James on July 25th. 'Congaudeant Catholici' is one of the earliest polyphonic songs and prizes the day on which Saint Jacob is put to death by Herod and ascends to heaven.
Het eerste boek van de Codex Calixtinus (XIIde eeuw) bevat gebeden, preken en muziek voor de liturgie op het feest van Sint Jakob op 25 juli. "Congaudeant Catholici" is van de vroegste meerstemmige liederen en prijst de dag waarop de H. Jakobus onder Herodes wordt terechtgesteld en ten hemel opstijgt.
El primer libro del Codex Calixtinus (siglo XII) contiene oraciones, sermones y música para la liturgia en el día de Santiago, el 25 de julio. "Congaudeant Catholici" es una de las primeras canciones polífonas. Hace un elogio al día en que el Santo Jacobo, bajo el gobierno de Herodes Agripa I, es ejecutado y sube al cielo.

7. Men may leve all gamys   (T.: England, 15th century | M.: King Henry VIII's manuscript nr. 101 "And I were a Maiden")
Every year hundreds of ships brought English believers to Galician ports like La Coruña. From there they continued their journey overland.
In 'Men may leve all gamys', probably the oldest sea shanty, we learn about life on board of a pilgrim' ship. The seamen sing full of irony — about the sufferings of the seasick pilgrims.
Ieder jaar brachten honderden schepen de Engelse gelovigen naar Galicische havens zoals La Coruña, van daaruit ging het verder over land. In "Men may leve all gamys", waarschijnlijk de oudste engelstalige zeemansballade, maken we kennis met leven aan boord van het pelgrimsschip. De zeelui bezingen vol ironie het lijden van de zeezieke pelgrims.
Cada año cientos de barcos llevaban a fieles ingleses hacia los puertos gallegos, como el de La Coruña. Desde allí continuaban el viaje por tierra. "Men may leve all gamys", probablemente la balada marinera más antigua, nos cuenta la vida a bordo de los barcos peregrinos. Los marineros cantan irónicamente sobre el sufrimiento de los peregrinos mareados.

8. Pelegrinuac   (Traditional Basque country)
This Basque song dates — according to the used language — probably from the 16th-17th century.
Tired pilgrims ask villagers for help and describe their journey's sufferings. God is asked to bless the generosity of the village people.
Dit Baskische lied is volgens de gebruikte taal terug te voeren tot de XVIde-XVIIde eeuw. Vermoeide pelgrims vragen hulp aan de dorpsbewoners en beschrijven hun lijden tijdens de tocht. God wordt gevraagd de edelmoedigheid van de gastvrije dorpelingen te zegenen.
Según el lenguaje empleado esta canción vasca se sitúa en los siglos XVI o XVII. Peregrinos cansados piden ayuda a los habitantes de los pueblos y describen el sufrimiento por el camino. A Dios se pide bendecir la generosidad de los aldeanos hospitalarios.

9. La Peregrina   (Traditional Maragateríaa)
In the Maragatería, a mountainous area between Astorga and Ponferrada, "La Peregrina" is still sung at local celebrations. A pilgrim falls in love with a fellow pilgrim. He wants everybody to know how beautiful she is. He uses some strange metaphors.
In de Maragatería, een bergachtige streek tussen Astorga en Ponferrada kan je op dorpsfeesten "La Peregrina" horen zingen. Een pelgrim wordt verliefd op een medepelgrim. Hij vindt haar zo mooi dat hij dit aan iedereen wil vertellen. Hij gebruikt daarvoor eigenaardige metaforen.
En la Maragatería, una región montañosa entre Astorga y Ponferrada, en las ferias de los pueblos se canta "La Peregrina". Un peregrino se enamora de una peregrina. La ve tan hermosa que quiere contarlo a todo el mundo. Para esto se sirve de metáforas curiosas.

10. Sankta Jakup   (Traditional Far Oer)
Also on the Faroe Islands Saint Jacob, "Sankta Jakup" is well known. This bailad tells about the apostle sailing on a stone to Spain, the country he wants to christianize. A crowd gathers around the man on the stone, even the king wants to see him. They start bidding up to see who has the most powerful creator. Eventually Saint James wins and gets permission to christianize Spain.
Ook op de Far Oer kent men Jakobus, "Sankta Jakup". Deze ballade vertelt hoe de apostel op een steen naar Spanje vaart, het land dat hij wil kerstenen. Een menigte verzamelt zich rond de man op de steen, zelfs de koning wil hem zien. Er ontstaat een opbieden om te zien wie de machtigste schepper heeft. Uiteindelijk wint Jakobus het pleit en krijgt hij de toelating Spanje te kerstenen.
También en Feroe conocen a Santiago: "Sankta Jakup". Esta balada nos cuenta cómo el apóstol navega a España encima de una piedra para cristianizar a la gente de la península ibérica. Una multitud, hasta el rey mismo, se reúne en alrededor del hombre que está encima de la piedra. Se forma una puja para ver quién tiene el Creador más poderoso. Al final gana el capítulo Jacobo y se le da permiso para cristianizar España.

11. Je vendis ma Calebasse   (Les Chansons des Pélerins de S. Jacques de Compostelle, Troyes 1718)
This song describes the way to Compostela. The stanzas which are sung here deal with the way through Cantabria and Asturias and the arrival at Santiago.
Dit lied beschrijft de weg naar Compostela. De hier gezongen strofes behandelen de weg door Cantabrïe en Asturias en de aankomst te Santiago.
Esta canción describe el camino hacia Compostela. Las estrofas que cantamos en este CD hablan del camino por Cantabria y Asturias y de la llegada a Santiago de Compostela.

12. Folías Gallegas   (Santiago de Murcia, Códice Saldívar, ca. 1730) — Instrumental